93
Huydecoper Van Dielens Bank of eenig ander
kantoor en die kassier, Jan Blijdesteijn Zoon, zal
daaraan nu en dan een en ander verdienen. Nu
komt naast het kassierschap nog een andere zaak en
dat is, dat voor de groote sommen gelds die soms
tijdelijk bij de Centrale Bank aanwezig zijn, plaatsing
moet worden gezocht op deposito en dat men moet
trachten, met verschillende kantoren contracten te
sluiten waardoor men die gelden zoo voordeelig
mogelijk heeft uitgezet en liefst zoo, dat men aan de
lokale banken een behoorlijke rente kan vergoeden.
Alle gelden bij één kantoor te brengen, gaat niet,
dat is ook bij terugvorderen lastig. Bovendien is er
haast geen een kantoor, dat die sommen geheel en
al zou kunnen gebruiken, het risico wordt daardoor
ook te veel opeengestapeld. Men heeft daarom ge*
tracht en is daarmede sinds jaren doende bij de
Centrale Bank om met verschillende financieele in*
stellingen, niet alleen met het kantoor dat de kassier
is van de Centrale, contracten af te sluiten om daar
gelden te plaatsen.
Nu geloof ik, dat het een voorzichtige maatregel
is en dat het zelfs aanbeveling verdient, dat een
bestuurslid van een van die instellingen commissaris
is. Ik geloof, dat wanneer die relatie verbroken werd,
dat voor die instelling nu niet zoo heel jammer zou
zijn, want die verdient er niet zoo verschrikkelijk veel
aan, maar het is de zaak dat de Centrale plaatsing
moet zoeken voor de groote sommen, die van tijd
tot tijd bij haar in kas zijn. Ik geloof dat wij, zoo
gezien, blij moeten zijn dat er twee of drie banken
te Utrecht zijn, die er voor te vinden zijn geweest,