24
Mijnheer Colijn, daar hebt U nu een kassier! Ik
vroeg: waaraan ziet U dat? Wel, omdat hij zoo
mager isl
Wanneer dat echter werkelijk het geval is, dan
moet het Bestuur van de Centrale Bank niet daar*
onder lijden, maar dan moet gij Uw kassiers beter
betalen. (Applaus), Die menschen hebben het volste
recht, om voor hun bemoeiingen bezoldigd te worden,
maar dat heeft met het voorstel van Amstelveen niets
te maken.
De geheele bestrijding, die tegen ons voorstel is
ingebracht, is dan ook eigenlijk een bestrijding van
nul en geener waarde. Wij meenen, dat de tijd ge*
komen is, om ons Bestuur een blijk te geven, dat
wij waardeeren en op prijs weten te stellen wat het
voor onze organisatie heeft gedaan. Wij zijn be*
gonnen met enkele bankjes, en onze Centrale is uit*
gegroeid tot een lichaam, waarop ons geheele vaderland
trotsch mag zijn, en onder de vleugelen van onze
Centrale zoekt het grootste aantal boerenleenbanken
schutting. Die bezoldiging van f 1000,per jaar
en per persoon is een bezoldiging van niets, dat is
geen betaling, maar dat is enkel een bewijs, dat wij
waardeeren en op prijs stellen, naar de mate van de
geringe krachten, waarover wij beschikken, hetgeen
het Bestuur gedaan heeft.
Wij hadden gehoopt, dat over dit voorstel geen
discussie noodig zou zijn geweest, en wij geven U in
overwegingaccepteert ons voorstel als één man, wij
doen daarmede een werk, dat de plicht op onze
schouders heeft gelegd. (Luid applaus).
De Afg. van Koegras: M. d. V.! Geachte Verga*