79 Hurk heeft gezegd: als de hypotheken dienen als waarborg voor bedrijfscrediet kan er niet het bezwaar bestaan dat er bestaat tegen het geven van vast ere» diet op hypotheek. Er is zeer terecht door den Voorzitter van het Bestuur op gewezen, dat het zoo moeilijk zal zijn die onderscheiding te maken en te constateeren. Maar ik geloof toch dat het kan, al geeft het ontegenzeggelijk veel werk aan het Bestuur en nog veel meer werk aan de inspectie. Maar bij de inspectie kan er op worden 'gelet, of de hypo* theken die zijn gegeven dienen tot het verleenen van bedrijfscrediet dan wel het geven van gronderdiet, en wanneer het bedrijfscrediet is moet het bedrag dat geleend is terug gegeven worden binnen niet al te langen termijn, anders is het doorloopend crediet, al is het ook crediet met een jaarlijksche aflossing f 60.— op f 120,000.Dat moet worden belet. En daarom is het absoluut noodzakelijk dat maatregelen worden genomen, dat onze bankjes niet doorgaan op den weg van geld uit te geven in den vorm van vast crediet. Dat is absoluut noodzakelijk, en ik kan mij voorstellen, dat als men te doen had met een Bestuur en met een Raad van Toezicht, die hun verantwoor» delijkheid gevoelen, dat zij zouden zeggen: als onze leden, de bankjes, dat niet inzien, en zij verkiezen door te ,'gaan op dien verkeerden weg, dan zullen wij, tot ons leedwezen, gedwongen zijn onze betrekking neer te leggen, want de verantwoordelijkheid voor een groot débade, een groot fiasco, willen wij niet dragen. Luid applaus Mag ik hieraan nog iets toevoegen, en dat is dit. Ik sluit mij geheel aan bij hetgeen de heer Van den

Rabobank Bronnenarchief - Notulen & Verslagen

CCRB - Algemene Vergadering (stenografisch verslag), 1913-1972 | 1913 | | pagina 79