65
nisatie heeft als deze, men niet bij voortduring op
zijn eigen wenschen moet letten. Gij zijt samen één
geheel, en moet gij nu gaan streven ieder zooveel
mogelijk winst op zijn eigen bankje te maken en
niet te denken aan de anderen, die U noodig hebben
terwijl gij winsten maakt? Neen, Mijne Heeren, Uw
hulpvaardigheid moet verder gaan. Gij hebt verplicht
tingen tegenover Uwe rechten. Gij hebt het recht om
zoover het kan gaan voorschotten te krijgen, maar
Gij zijt ook verplicht te zorgen dat de Centrale Bank
uw broers en zusters kan helpen. Gij moet niet de
gelden gaan vastleggen waarvan gij weet dat een
ander ze veel beter kan gebruiken.
En nu zegt Gijeen bedrijfsdrypotheek kunnen
wij geven, maar een grond*hypotheek mogen wij niet
verleenen. Ja, Mijne Heeren, ik zou wel willen dat
een uwer mij het onderscheid kon aangeven, de juiste
grens kon aanwijzen, waar de crediet^hypotheek be*
gint en de vaste hypotheek eindigt.
Niet in deze vergadering, maar elders zeiden eenigen:
kijk eens, als het maar goed afloopt (het is trouwens
in de vergadering ook gezegd door Haarlemmermeer),
dan is het zoo erg niet. Best mogelijk, maar onthoudt
nu eens dit: als gij anderhalven ton belegt op hypo=
theek, loopen die leeningen door elkander gemiddeld
20 jaar, en al dien tijd is het geld onttrokken aan de
Centrale Bank. Hoe kan het anders? Als U een
huis hebt en U neemt er een hypotheek op, is het
geen moeite om te zeggen zoowel dat het is een
credietshypotheek, als dat het is een vaste hypotheek.
Gij zegt: wanneer ik geld heb, los ik af, dat is een
credietshypotheek. Maar dat is volkomen gelijk aan
5