29 genoodzaakt zijn, als het bestuursvoorstel wordt aangenomen, de persoonlijke dekking te verkiezen boven de hypothecaire, en daardoor worden twee toestanden geschapen, die niet deugen. Vooreerst zijn verschillende familieleden niet altijd geneigd om voor hun verwanten als borg op te treden bij een leen» bank, vooral als het een beduidend kapitaal betreft. In de tweede plaats kan men niet altijd weten, tenzij men telkens aan het hypotheekkantoor informaties vraagt, of de personen reeds door groote borgtochten zijn gebonden. Waar nu meer gemeenten zich in dezelfde ver» houdingen zullen bevinden, daar kan de hypotheek niet gemist worden uit het kader van de boeren» leenbank, wil men niet dat de dekking van de uit» geleende bijdragen in hooge mate zal worden verzwakt. Ten slotte wil ik nog dit in het midden brengen. In een vergadering als deze, die naarmate de orga» nisatie groeit hoe langer hoe talrijker wordt, is een grondige behandeling van belangrijke onderwerpen bijna ondoenlijk. Applaus Ik zou daarom de vergadering in overweging willen geven, en ik ben mij bewust dat het Bestuur daar» mede volkomen sympathiseert het Bestuur moet toch van het idéé uitgaan, dat een grondige behande» ling van de voorstellen noodzakelijk is voor den bloei van de vereeniging, en ik zeg het nog eens, een grondige behandeling kan op deze vergadering niet plaats hebben ik zou daarom de vergadering in overweging willen geven om zoo veel en zoo gauw mogelijk overal op te richten gewestelijke of provin» ciale afdeelingen, zooals in de graafschap Zutphen

Rabobank Bronnenarchief - Notulen & Verslagen

CCRB - Algemene Vergadering (stenografisch verslag), 1913-1972 | 1913 | | pagina 29