20 leenen van crediet aan haar leden in de eerste plaats is aangewezen op haar deposito skomen die te ver* minderen, dan zal ook het crediet noodzakelijk moeten worden beperkt. Nu zou men verwachten, dat verder werd aange* toond, dat de deposito's aanmerkelijk verminderen. Geen poging is daartoe beproefd, integendeel. Uit het laatste jaarverslag blijkt, dat de stijging der de* posito's over het laatste boekjaar, ten bedrage van 3 millioen, normaal is en dat het saldo op het einde van het boekjaar slechts ruim een ton achter blijft bij het vorige jaar. Dit is toch niet onrustbarend! Omtrent de redenen, die het Bestuur nopen, dit voorstel te doen, liet het ons ten eenenmale in het duister. Wie echter nauwlettend den loop van onze Centrale Bank volgt en, dank ook aan het uitge* breide jaarverslag, kan ieder dat doen die kan wel vermoeden, wat eigenlijk de reden kan zijn. Telken jare worden tegen Mei de deposito's opgevraagd, voor een groot deel althans, soms geheel en bereiken de voorschotten hun hoogsten stand en ten gevolge daarvan moet het Bestuur promessen van de locale Banken aanbieden bij de Nederlandsche Bank en als wij nu de toelichting herlezen, dan zien wij achter het papier de silhouetten van de leden van ons Be* stuur, die elkander afvragen met groote vreeze, hoe het gaan zou als de Nederlandsche Bank die pro* messen eens niet accepteerde. Dat er voor de Neder* landsche Bank geen enkele reden kan bestaan, onze promessen te weigeren, vermindert de bezorgdheid van het Bestuur blijkbaar niet en zoo is men er toe gekomen, dit voorstel op de agenda te plaatsen.

Rabobank Bronnenarchief - Notulen & Verslagen

CCRB - Algemene Vergadering (stenografisch verslag), 1913-1972 | 1913 | | pagina 20