Artikel 19
De taken en bevoegdheden van de Algemene
Vergadering zijn neergelegd in artikel 19. Bij
nadere beschouwing daarvan wordt duidelijk,
dat aan de Algemene Vergadering met name
bevoegdheden zijn toegekend tot het vaststel
len van algemene regels van organisatorische
aard. Dit laatste in tegenstelling tot het vast
stellen van algemene regels van onder meer
bancaire aard, hetgeen aan de Raad van Be
heer is opgedragen (zie de toelichting bij art.
54 sub b.)
De bedoelde bevoegdheden van de Algemene
Vergadering op organisatorisch terrein komen
in artikel 19 tot uiting, doordat de Algemene
Vergadering beslist over:
- de vaststelling en wijziging van de statuten
en van het huishoudelijk reglement van de
Centrale Bank (artikel 19 sub a);
- de ontbinding van de Centrale Bank (arti
kel 19 sub b);
- de vaststelling van de kringen (artikel 19
sub c);
- de vaststelling bij huishoudelijk reglement
van regels, aan de hand waarvan door de
Raad van Beheer de jaarlijkse algemene bij
dragen in de kosten van de Centrale Bank
zullen worden vastgesteld (artikel 19 sub
9):
- de vaststelling van de model-statuten en
het model-huishoudelijk reglement van de
plaatselijke banken, onverminderd de be
voegdheid van de Raad van Beheer om af
wijkingen daarvan goed te keuren (artikel
19 sub h);
- de vaststelling van een reglement, waarin
nadere regels kunnen worden gegeven ten
aanzien van de organisatie en werkwijze
van de Centrale Kringvergadering en van
de kringen (artikel 19 sub i);
- de vaststelling van een eigen reglement
van orde, waarin onder meer wordt bepaald
welke andere personen dan de stemge
rechtigde afgevaardigden ter Algemene
Vergadering het woord kunnen voeren (ar
tikel 19 sub j).
Voorts kent artikel 19 aan de Algemene Ver
gadering de navolgende taken en bevoegdhe
den toe:
- de verkiezing van de leden van de Raad van
Toezicht en van de Raad van Beheer (arti
kel 19 sub d);
- schorsing en ontslag van personen, die
door de Algemene Vergadering zijn geko
zen of benoemd, alsmede de handhaving
of ophefing van de schorsing door de Raad
van Toezicht van een lid van de Hoofddirec
tie en voorts het zelf schorsen en het ont
slaan van een lid van de Hoofddirectie (ar
tikel 19 sub e); met ontslag wordt hier en
elders in deze statuten bedoeld het onge
vraagd ontslageen regeling van een door
een functionaris gevraagd ontslag kan ach
terwege blijven, omdat een inwilliging van
de zijde van de Centrale Bank juridisch niet
noodzakelijk is;
- de goedkeuring van de in artikel 69 ge
noemde jaarrekening, en voorts de vast
stelling van het over de aandelen uit te ke
ren dividend en van de verdere winstbe
stemming, als bedoeld in artikel 70 (artikel
19 sub f).
Op deze plaats moge ook de aandacht ge
vestigd worden op artikel 27 lid 1 onder a.
Daar wordt bepaald, dat de Centrale Ring-
vergadering aan de Algemene Vergadering
advies uitbrengt over alle voorstellen, die blij-
48