130
Vercruysse en Baert, vertegenwoordigers van
de Centrale Raiffeisen-Kas van de Belgische
Boerenbond te Leuven.
Verder heet ik gaarne welkom de vertegen
woordigers van de standsorganisaties, de
KNBTB, de NCB, de LLTB, de ABTB en de
LTB. Hierbij wil ik nog in het bijzonder noe
men de geestelijke adviseur van de NCB,
Rector Merckx, die vanmorgen in de Eucha
ristieviering - tot onze spijt moesten wij con
stateren, dat de kerk niet al te vol bezet was -
is voorgegaan, waarvoor ik hem nog gaarne
mijn dank betuig.
Vervolgens mag ik bijzonder welkom heten de
vertegenwoordigers van de Nationale Coöpe
ratieve Raad voor Land- en Tuinbouw en van
het Landbouwschap, alsmede de directeuren
van nv Interpolis, de heren Zegers en Van
Leeuwe, die niet alleen als gasten, maar ook
als vertegenwoordigers van de aandeelhou
ders van de LKE hier aanwezig zijn.
Ook begroet ik in het bijzonder de heren
Milthers, Williams, en Völkl, de vertegenwoor
digers van de ambassades van resp. Dene
marken, de Verenigde Staten van Noord-Ame-
rika en West-Duitsland.
Ten slotte richt ik nog een woord van welkom
tot de oudleden van de colleges van de raad
van toezicht, bestuur en directie van onze
bank en oud-leden van het personeel, tot de
vertegenwoordigers van de Vereniging van
Directeuren van Boerenleenbanken en tot de
vertegenwoordigers van de pers.
Van de gelegenheid maak ik gaarne gebruik
om een zeer bijzondere gebeurtenis in de vo
rige maand te memoreren en wel de benoe
ming van ons medelid van de raad van be
heer mr. J. Niers tot commissaris van de Ko
ningin in de Provincie Overijssel. Van deze
benoeming is in onze organisatie met grote
voldoening kennis genomen. Gaarne wil ik
de heer Niers, die tot zijn en ook onze spijt
niet in deze vergadering aanwezig kan zijn,
nog eens van harte geluk wensen met zijn
benoeming en de wens uitspreken, dat hij
veel voldoening zal mogen ondervinden in de
vervulling van dit hoge ambt.
Geachte vergadering!
Wij staan thans aan het begin van wat een
gedenkwaardige vergadering kan worden ge
noemd. De geschiedenis van onze landbouw
kredietorganisatie bestrijkt een periode van
74 jaar. Het is een geschiedenis waarvoor wij
dankbaar mogen zijn; dankbaar voor het vele,
dat door velen werd gegeven, en dankbaar
voor hetgeen werd bereikt.
Deze woorden van dank wil ik reeds nu uit
spreken, omdat wij vandaag, naar wij mogen
verwachten, de laatste algemene vergadering
van de Coöperatieve Centrale Boerenleen
bank houden. Het verloop van de op 9 mei j.l.
gehouden algemene vergadering van de
Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank te
Utrecht is u ongetwijfeld bekend. Met zeer
grote meerderheid hebben de afgevaardigden
van de raiffeisenbanken hun 'ja' gegeven op
de voorgestelde fusie. Ik twijfel niet eraan,
of u zult straks op tenminste even duidelijke
wijze uw mening over de fusie geven. Hier
mede zal dan een nieuw tijdperk voor het
coöperatieve bankwezen in ons land worden
ingeluid. De samenvoeging van de beide be
staande coöperatieve bankorganisaties zal
nieuwe kracht toevoegen aan de voortstu
wingsmogelijkheden van de beide organisa
ties afzonderlijk. Een beloftenvolle toekomst