stemmingen zelf te beslissen. Overigens is het denkbaar, dat een lid zich moreel verplicht voelt te stemmen overeenkomstig het gevoe len van zijn eigen kring, hoewel hij persoonlijk anders zou willen stemmen. Dat is natuurlijk niet verboden: ook dan blijft dit een beslis sing van het lid zelf. Evenzo is het denkbaar, dat de Centrale Kringvergadering als geheel besluit een stemming uit te stellen, omdat de wens leeft eerst nog eens overleg met de kringen te plegen. Ook dat wordt door artikel 30 lid 2 niet verboden. Uit dit alles blijkt dat de woorden "zonder last van of ruggespraak met hun kring" niet bedoelen overleg met de achterban onge wenst te maken: integendeel. De bedoeling is te voorkomen, dat dit overleg uitmondt in een starre lastgeving.' Artikel 40 De laatste zin van artikel 40 wordt als volgt gewijzigd vastgesteld: 'De kring voorziet zelf in de middelen waaruit bedoelde vergoedin gen en vacatiegelden worden betaald, tenzij de kringvergadering anders besluit.'. Artikel 43 (toelichting) In de bestaande toelichting op artikel 43 wordt op de pagina tegenover bladzijde 12, in de alinea betreffende artikel 17 lid 2 een drukfout hersteld: 'verhaalsrecht' wordt gewijzigd in 'verhaalsrecht'. Artikel 46 lid 3 Het bepaalde in artikel 46 lid 3 wordt als volgt gewijzigd: 'De leden van de Raad van Toe zicht worden door de Algemene Vergadering gekozen voor een periode van vijf jaren. Tel- kenjare treedt, zo na mogelijk, een vijfde ge deelte van het aantal leden af volgens een door de Raad vast te stellen rooster. Een af tredend lid van de Raad van Toezicht is ter stond herkiesbaar. Een lid dat tussentijds is gekozen ter vervanging van een lid, dat zijn functie voortijdig heeft beëindigd, neemt op het rooster de plaats in van zijn voorganger.'. Artikel 53 (toelichting) Aan het slot van de bestaande toelichting op artikel 53 wordt op de pagina tegenover blad zijde 14 het volgende toegevoegd: 'De omstandigheid, dat de Raad van Beheer aan de Hoofddirectie richtlijnen geeft, waar aan deze laatste gehouden is, wijst er op, dat van deze twee organen de Raad van Beheer de "voornaamste" is. De Raad van Beheer heeft het "overwicht". Dat ziet men ook in de formulering van de artikelen 54 lid 1 onder d en 61 lid 4: tot de taak van de Raad van Beheer behoort het on derhouden van bestendig overleg met de Hoofddirectie, maar de Hoofddirectie wordt uitdrukkelijk tot overleg verplicht. Door het geven van richtlijnen zal de Raad van Beheer desgewenst allerlei taken van de Hoofddirectie kunnen "reglementeren". Het zal hem, desgewenst, eveneens mogelijk zijn door middel van die richtlijnen van de Hoofd directie te eisen, dat deze haar besluiten slechts neemt na voorafgaande goedkeuring van de Raad van Beheer. De inhoud van de richtlijnen staat alleen ter beoordeling van de Raad van Beheer en alleen deze is daarvoor verantwoordelijk. Beide organen zijn ieder 118

Rabobank Bronnenarchief - Notulen & Verslagen

CCB - Algemene Vergadering (stenografisch verslag), 1902-1972 | 1972 | | pagina 118