13
den weg van de pas opgerichte vereeniging, De Hanze.
De VoorzitterHet Bestuur van elke Leenbank heeft
het in haar hand om kleine winkeliers als lid te weren.
Het gaat niet aan om een algemeen voorschrift te geven.
De heer Brendcrs herhaalt, dat het Bestuur der Centrale
Bank in allen gevalle zulke voorschotten moet afraden.
De VoorzitterDat doen wij, maar er kunnen redenen
zijn om het toe te laten.
De heer van de Ven uit JVistelrode wijst er op dat het
Bestuur nooit genoodzaakt is, voorschotten te geven. Het
blijft volkomen vrij.
De VoorzitterDat is waar, maar 't is gemakkelijker
hen niet als leden toe te laten.
De heer Van de VenIk heb het oog op reeds
aangenomen leden.
De VoorzitterHet is dus zaak voorzichtig te zijn met
het aannemen van leden. Er is nu genoeg gedebatteerd,
wij hebben nog zooveel te doen. Vraagt nog iemand het
woord (Niemand spreekt). Dan gaan wij over tot het
volgende punt.
De Voorzitter brengt aan de orde de kwestie over het
aankoopen van effecten. Het is een zaak van groot belang,
die wel niet op de agenda is vermeld, maar zoo dringend
afdoening eischt, dat zij urgent moet verklaard worden,
waarmede de vergadering instemt. Algemeen heerscht een
strooming naar het aankoopen van effecten, maar de Voor
zitter acht dit hoogst gevaarlijk. Men verlangt door hoo-
geren interest meer winst te maken, maar men vergeet dat
effecten aanhoudend rijzen en dalen en dus een min of meer
gevaarlijke bezitting zijn. Wij voor ons zouden ze voor de
Centrale Bank niet aankoopen, maar wij moeten, en wat
wij aan de eene verliezen, winnen wij aan de andere.
Voor de locale banken is de zaak geheel anders. Deze
hebben ook dikwijls niet genoeg bekwaamheid en door
zicht om ermee om te springen. Het is eens gebeurd, dat
men in plaats van coupons het zegel afknipte. Daar komt
nog bij, dat de Centrale Bank in verlegenheid geraken kan
als zooveel geld wordt opgevraagd voor het aankoopen van
effecten. Daarom wordt door het Bestuur voorgesteld, dat
geen locale bank effecten mag aankoopen, als niet een
derde van al hare beschikbare gelden in de Centrale kan
blijven staan. B. v. Een locale bank heeft aan inlagen
30,000. Nu mag zij, altijd door tusschenkomst der Cen-
